Afzondering zoeken is voor mij als het drinken van een energiedrankje. Ik weet dat het een vreemde vergelijking lijkt, maar ik ga het uitleggen.
Voeding voor de hersenen
Jaren geleden had ik een periode waarin ik veel energiedrankjes dronk. Ik had een baan waar alles altijd veranderde en ik onder tijdsdruk teksten moest schrijven. Aan het einde van de dag was mijn creatieve flow dan ook vaak opgedroogd. Wat als je dan nog iets moet produceren? Op een dag besloot ik een energiedrankje te proberen. Tot mijn grote verbazing werkte dit. Ik kreeg weer ideeën en kon weer schrijven. Daardoor greep ik elke keer naar zo’n drankje als het schrijven niet meer lukte.
Tegenwoordig verlang ik net zo naar momenten van afzondering als destijds naar de energiedrankjes. Niet alleen om weer te kunnen nadenken, maar ook om weer in staat te zijn met anderen om te gaan. Soms is tien minuten al genoeg, maar soms heb ik hier een heel weekend voor nodig. Dit is iets wat voor anderen soms moeilijk te begrijpen is. Dan krijg je vragen als, ‘heb je geen zin om af te spreken?’ ‘Waarom moet je alweer weggaan?’ ‘Wil je niet even naar buiten gaan?’
Afzondering zoeken
Natuurlijk wil ik graag afspreken, lang blijven en naar buiten gaan, maar helaas is die optie niet altijd aanwezig.
Een deel van mijn hersenen is namelijk gefocust op elke beweging of geluid dat gemaakt wordt. Hierdoor moet ik mijn aandacht verdelen tussen wat ik aan het doen ben en alle veranderingen in mijn omgeving. Vaak zijn mensen niet alleen aanwezig, maar komt er een moment dat ze wat tegen je zeggen. Dat betekent dat je ook nog eens bezig bent met de vraag of het je gaat lukken de juiste woorden te vinden en te hopen dat je geen vreemde dingen zegt of doet.
Die momenten van afzondering zijn voor mij dan ook onmisbaar geworden. Het moment dat ik een deur achter me kan dichtdoen om even alleen te zijn, voelt het alsof er een last van mijn schouders valt. Ik hoef dan even niet meer mijn best te doen. Ik hoef me niet te concentreren, afleidingen proberen buiten te sluiten of aangenaam gezelschap te zijn. Ik kan alles even loslaten.
Tijdens afspraken zijn die tien minuten van afzondering voor mij als die energiedrankjes. Ik kan mijn hersenen een moment van rust gunnen, waarna ik me weer kan concentreren en op anderen kan reageren. Wanneer ik thuis zo’n moment van afzondering zoek, ga ik naar bed met oordoppen in en een slaapmasker op en kan ik de wereld even helemaal buitensluiten.
Nu heb ik het voordeel is dat ik op mezelf woon. Zodra ik thuis ben, hoef ik me dus niet zorgen te maken over of ik wel leuk gezelschap ben. Ik kan doen wat goed voelt. Hierdoor heb ik ook grote bewondering voor degene die het huis delen met huisgenoten, een partner of zelfs een gezin. De evenwichtskunsten die dat vereist kan ik me niet eens indenken.
Consequenties
Het drinken van die energiedrankjes hielp me destijds om mentaal weer wakker te worden. Na een paar weken ging ik me eens verdiepen in wat ik aan het drinken was. Dat bleek vooral een hele hoop suiker en cafeïne te zijn. Gezond was het dus zeker niet. Ook vond ik het geen fijn idee om afhankelijk te worden van een externe simulant om mijn werk te kunnen doen. Ik besloot er dan ook mee te stoppen.
Jezelf afzonderen is gelukkig een stuk gezonder dan energiedrankjes. Het enige nadeel is dat het mij wel moeite kost om weer aansluiting met de wereld te zoeken. Vooral na een dag van afzondering. De verleiding is dan heel groot om gewoon in mijn pyjama in mijn eigen wereld te blijven.
Verbinding zoeken
Recentelijk luisterde ik naar een podcast (geen idee meer welke) waar iemand opmerkte dat je soms jezelf niet de kans moet geven om ‘nee’ te zeggen. In plaats van jezelf af te vragen of je iets moet doen, het gewoon te doen. Zodra je met jezelf in discussie gaat is de kans immers groot dat je nee zegt. Die opmerking is me bijgebleven.
De afgelopen week had ik weer zo’n week waarin ik heel veel behoefte had aan afzondering. Ik vond het dan ook lastig om weer contact te zoeken. Dankzij deze opmerking ging het net wat makkelijker om iemand op te bellen, dat appje te sturen en even naar buiten te gaan. Nu zal ik eerlijk toegeven dat ik dankzij deze opmerking ook een grote taart in mijn koelkast heb staan. Ik moet het gebruik hiervan dus nog duidelijk wat verfijnen. Maar goed, met die taart heb ik een extra stimulans om komende week weer een stapje verder te komen.
Heb jij ook dat gevoel van opluchting als je even alleen kan zijn? Moet jij veel moeite doen om die momenten van afzondering te vinden? Zorgt je buitenwereld ervoor dat je weer aansluiting vindt of moet je daar ook moeite voor doen?