
Wat ik een van de moeilijkste vragen vind is “hoe gaat het?”. Jawel, deze simpele alledaagse vraag is er eentje die bij mij (veel) stress veroorzaakt. En het ergste is dat ik mezelf er regelmatig op betrap dat ik deze vraag ook aan anderen stel. Het is een van die dingen die je is aangeleerd. Je ontmoet iemand, zegt hallo, vraagt hoe het gaat en hebt vervolgens een gesprek.
En ik denk dat dat de meest van ons antwoorden met een simpele “goed”, ongeacht hoe het ook echt met ons gaat.
Als alle dagen zwaar zijn
Voor mijn ongeluk had ik niet zo’n moeite met deze vraag. Tuurlijk, toen antwoordde ik ook met “goed”, terwijl ik eigenlijk super gestrest was of het gewoon veel te druk had. Maar toch had ik toen niet zoveel moeite met deze vraag. Wat is er nu zo anders dat ik zo’n moeite heb met deze vraag? Zoveel moeite dat wanneer mensen hierover in gesprek willen gaan, ik vaak moet vechten om niet in tranen uit te barsten.
Ik denk omdat het nu anders voelt. Omdat de meeste dagen nu voelen als het beklimmen van een berg. Alles kost energie en ik weet al aan het begin dat ik te weinig energie heb om de dag door te komen. Dat ik overdag moet slapen en pauzes moet inlassen om het eind van de dag te halen. Hierdoor voelen de dagen vaak als een opgave. Een opgave om de top te bereiken zonder al te veel blessures op te lopen. Dus als ik antwoord met “goed”, is dat meestal niet het hele verhaal.
Wat wil je weten?
Wat daarbij ook niet helpt, is dat “hoe gaat het?’’ een super open vraag is. Zo open dat mijn hersenen direct alle mogelijk bedoelingen af gaan om erachter te komen wat je nu echt vraagt. Gaat het over vandaag of over deze week? Lichamelijk of mentaal? Vraag je of ik kan doen wat ik moet doen of wat ik wil doen? Gaat het om werk of privé? Over hoe ik naar mijn leven in het algemeen kijk of mijn reactie op de wereld? En wil je eigenlijk wel weten hoe het gaat of is het gewoon een vraag die je uit beleefdheid stelt? Al dit denkwerk kost ook weer kostbare energie en dat maakt de verleiding groot om gewoon maar met “goed” te antwoorden.
Wil men eigenlijk wel weten hoe het gaat? Als ik eerlijk ben denk ik dat ik vaak zal antwoorden met “Ik ben moe en blij je te zien, maar kijk uit naar het moment dat ik weer naar bed kan gaan”. Dit zal de ander ook niet blij maken, of nog erger leiden tot een medelijdend blik of de “ik ben ook zo moe”-reactie. Waardoor ik weer geïrriteerd raakt, aangezien vermoeidheid als gevolg van hersenletsel of een andere ziekte of beperking, niet hetzelfde is als moe zijn van te weinig slaap. Wanneer wij moe zijn (of in mijn geval voelt het vaak als mentale uitputting) dan hapert ons denken, raken we ons gevoel van evenwicht kwijt, ons spraakvermogen, de controle over onze emoties en vergeten we waar dingen zijn of hoe we ergens moeten komen en ga zo maar door.

Openheid
Wat kan deze vraag minder intimiderend maken? Ik weet het niet, maar zoals ik al eens eerder heb geschreven, misschien dat openheid kan helpen. In plaats van met “goed” te antwoorden, helpt het misschien om eerlijker te zijn. Ik hoop dat dit anderen ook kan helpen. Simpelweg door te laten zien dat je even niet oké voelen ook mag. Dat we niet altijd sterk hoeven te zijn. En vooral dat we allemaal ons best doen, maar dat we soms hulp nodig hebben. Want wie voelt zich nu altijd goed? Het leven kan super zwaar zijn. En ik geloof dat er kracht zit in het voelen van verbondenheid.
Wat ons leidt naar de volgende vraag, wat gaan we dan zeggen als antwoord? Ik heb er over nagedacht en denk dat ik een eerste stap heb gevonden … *tromgeroffel* … lepel-gerelateerde antwoorden. Euhm, ja dat klinkt toch beter in het Engels.
Spoon – opties
Voor degene die zich nu afvragen waar ik het over heb, ik bedoel hier de spoon-theorie, waar ik eerder over heb geschreven. De spoon-theorie is een manier om aan anderen uit te leggen hoe het is om te moeten leven met een beperkt energieniveau.
Ik vind het veel makkelijker om te vertellen hoe het gaat als ik in spoons denk. Daarbij geeft me dit ook meer het gevoel dat ik hierdoor recht doe aan mezelf. Ik ben nu eenmaal te dealen met het feit dat ik beperkingen heb en minder kan.
Als ik dan terugdenk aan de afgelopen maand, dan waren er momenten waar spoons in overvloed waren, dagen waarbij ik door zorgvuldig te plannen precies uit kwam met mijn spoons , waar ik extra spoons wenste en dagen waar ik na mijn ontbijt als geen spoons meer had. Natuurlijk vertelt dit ook maar een deel van het verhaal. Je kan heel veel energie hebben en nog steeds een slechte dag hebben, door negatieve gedachten of emoties die je overspoelen. Maar bij mij is er vaak wel een correlatie tussen mijn stemming en mijn energieniveau. Dus ik ga het gewoon maar eens proberen.
Ik hou je op de hoogte!
Heb jij ook moeite met deze vraag? Hoe reageer jij op deze vraag?